Robin McKinley
Sunshine
griezelroman, 2003, 389 blz.
Sunshine, een jonge dame die van laat in de nacht tot ver in de middag haar dagen slijt in de bakkerij van een restaurant, en die ook wel eens wat anders wilt, stapt op een avond in haar auto en vertrekt naar een verlaten huis aan een afgelegen meer. Daar wordt ze gevangen genomen door vampiers, opgesloten in een ander verlaten huis, en ingezet als pion in een machtsstrijd tussen verschillende vampiers. Dit lijkt het begin van een spannend griezelverhaal, dat een frisse draai geeft aan het vampiermotief.

Maar dan. Sunshine ontsnapt, niet door moed of vernuft, maar dankzij haar superkrachten! Ze is niet zomaar een mens, nee, ze is de laatste telg uit een beroemd geslacht van magiërs, uitverkoren, voorbestemd tot grote, heroïsche daden, en meer van die kinderlijke dweperijen die je alleen maar in fantasy verwacht. Dan voel je je als lezer flink bekocht.

Hoe dan ook, Sunshine is niet alleen hoofdpersonage, maar ook een zeer onderhoudende verteller. Dus je leest verder. Sunshine keert terug naar haar bestaan van het bakken van luxe deegwaren, ondertussen mijmerend over de gebeurtenissen, en terugdenkend aan die ene goede vampier die ze heeft ontmoet (natuurlijk was er een goeie vampier!) waar ze heimelijk toch wel verliefd op is geworden, al kan ze dat zichzelf niet toegeven. Uiteindelijk ontmoeten ze elkaar weer, en gaan ze samen de strijd aan tegen het Kwaad.

De kracht van het boek zit in de manier van vertellen, maar het is ook de grootste makke. Sunshine richt zich in haar relaas direct tot de lezer in een toon alsof ze een sterk verhaal aan het opdissen is. Ze vertelt niet sec, maar in stoere bewoording, doet er nog een schepje bovenop, en nog een schepje, en nog een schepje. Ze is een beetje praatziek, wat op momenten van grote spanning de zaak nogal ophoudt. En ze legt ontzettend veel uit, alsof ze donders goed weet dat alles wat ze vertelt niet echt is, maar een verzinsel dat zich afspeelt in een wereld die zo sterk afwijkt van de wereld van de lezer, dat ze alles moet uitleggen zodat de lezer haar begrijpt. Alsof je beschrijft hoe een fiets werkt middenin een verhaal over een wilde achtervolging te fiets.

Ondanks alles was het boek boeiend genoeg om uit te lezen. En dat zegt toch ook wel wat.